Informatie

Nieuwe alinea

INFORMATIE OVER STOTTEREN:

Stotteren bij kleuters:

 

Stotteren komt bij heel wat kleuters voor. Bij een groot deel van die kleuters verdwijnt stotteren ook weer. 

Recente bevindingen tonen aan dat we hier echter niet mogen op wachten omdat dit nefaste gevolgen kan hebben !

 

Correcte adviezen en een tijdige doorverwijzing zijn essentieel om de gepaste zorg te kunnen bieden.

 

Uit diverse onderzoeken van de voorbije jaren blijkt dat adviserende professionals 

(zoals huisartsen, kinderartsen, kleuterleerkrachten en zorgcoördinatoren) niet steeds over de meest recente kennis beschikken. 

 

Een project van Hogeschool Thomas More o.l.v. Dr. Sabine Van Eerdenburgh stelt de meest essentiële informatie 

over stotteren bij kleuters ter beschikking. De informatie is aanwezig op onderstaande website met bijhorende poster en info- brochure. 

 

Ben je zorgprofessional, kleuterleerkracht of ouder van een kleuter en ben je geïnteresseerd in informatie over stotteren bij kleuters? 

Selecteer de desbetreffende knop op deze website:  https://www.thomasmore.be/stotteren-bij-kleuters

 

Stotteren begint vooral tussen drie en vijf jaar en 20 op de 100 kleuters maken een periode door waarin ze stotteren, dus op het moment dat ze in de kleuterklas zitten. Van de 5 % kleuters die stotteren zal uiteindelijk 1% blijven stotteren. Tot op heden kan men nog steeds niet met zekerheid bepalen welk kind bij die resterende 1% zal horen, maar men brengt de risicofactoren in kaart.

Kleuterleidsters denken vaak dat afwachten het beste advies is om aan ouders te geven maar inzichten uit wetenschappelijk onderzoek op dit moment bewijzen dat dit geen goed advies is. Wanneer het echt om stotteren gaat, is het in elk geval belangrijk dat de ouders tijdig de juiste informatie krijgen en doorverwezen worden voor verdere begeleiding zodat het stotteren niet verder kan evolueren tot een chronisch stotterprobleem.


 

Wanneer doorverwijzen? 


Bij één van volgende factoren:

- als de ouders bezorgd zijn

- als stotteren meer dan 3 maand (en zeker na 6 maanden) aanhoudt of regelmatig in periodes blijft voorkomen

- als de kleuter meer gaat mee duwen op klanken en/of praten soms uit de weg gaat

- als stotteren in de familie voorkomt

- als er bijkomende spraak-of taalproblemen of ontwikkelingsproblemen zijn



Naar wie doorverwijzen ?


Naar een logopedist die zich gespecialiseerd heeft in stottertherapie. Een onderzoek of informatief gesprek kan uitsluitsel geven of therapie al dan niet noodzakelijk is. In veel gevallen is er nog niet meteen therapie nodig maar krijgen de ouders een aantal tips en wordt het spreken van het kind verder opgevolgd.

 

Bron : Boek : ‘Komen Spreken over stotteren : verhalen en adviezen’

www.stotteren.be


Tip : neem ook eens een kijkje op de website van de Nederlandse Vereniging voor mensen die stotteren : https://www.stotteren.nl/ouders.html

 

 

 

Share by: